BÉRES 'Bandi' András
Geboren : 20 juli 1924 (Budapest, Hongarije)
Overleden : 15 april 2007 (Boom, België)
Club(s) als speler : Kispesti (1944-'49), Matosz (1949), Csepeli Vasas SC (1949-'56), Sportclub Enschede (Nederland, 1957-'59), Tubantia Hengelo (Nederland, 1959-'60),
Club(s) als Trainer : CA Spora Luxemburg (speler-trainer, 1960-'62), K. Beerschot V.A.C. (1962-'66), RSC Anderlecht (1966-'68, 44 wedstr.), Daring Brussel (1968-'69), Berchem Sport (1960-'70), K. Beerschot V.A.C. (1970-'72), Club Brugge (1978-'79).
Positie : rechtsbuiten/trainer/voetbalmakelaar
Biografie :
Béres András, bijgenaamd 'Bandi', was als speler twaalf jaar actief in de eerste afdeling van Hongarije, ondermeer bij Kispesti, het latere grote Honvéd, waar hij als rechtsbuiten opereerde aan de zijde van de Puskás Ferenc (later 'De Majoor' bij Real Madrid), Kocsis Sándor, doelman Grosics Gyula en kapitein Bozsik József. In 1949 verkaste Béres naar Csepeli, ook al een topclub uit de hoofdstad, dat later de naam Vasas Budapest aannam. Bij Csepeli Vasas zou hij ook nog met de internationals Tóth II József en Csibor Zoltán in contact komen. Toen in 1956 in Hongarije de volksopstand tegen het Sovjet-regime bloedig de kop werd ingedrukt, vroegen nogal wat topvoetballers in het buitenland asiel. Béres week uit naar Nederland (Sportclub Enschede), waar hij samenspeelde met Abe Lenstra, en later naar Luxemburg, waar hij van 1960 tot 1962 bij CA Spora Luxemburg als speler-trainer fungeerde, en er dus ook zijn eerste stappen als coach zette.
Twee jaar later kwam de Hongaar naar België om van ons land zijn tweede heimat te maken.
'Bandi' Béres trainde eerst gedurende vier seizoenen Beerschot VAV, waarmee hij na een moeizaam begin tweemaal vierde en één keer derde eindigde. Hij was een hartstochtelijk verdediger van constructief en aanvallend voetbal.
Ondertussen bekommerde Béres zich ook om zijn Hongaarse collega's in België en stond hen met raad en daad bij. Zo ook met bv. Gáspár Olivér, toenmalig succestrainer van KV Mechelen, waar hij vijf jaar bleef en de ploeg na het seizoen 1962-63 terug naar eerste klasse bracht. Nadien was hij ook nog trainer bij Telstar (1965-'66, in Nederland) en bij Crossing.
Gáspár was Roemeen van geboorte (°15 juni 1925 in Brsso), stond vanaf hij negentien was in het Roemeens nationale team en was vooral actief in het buitenland. Zo speelde hij ook nog bij Vasas MWag in Budapest, maar moest op 28-jarige leeftijd stoppen wegens een blessure. Hij speelde vlak na de Hongaarse opstand - ook hij vluchtte uit Hongarije - samen met Puskás en andere grote Hongaarse voetballers in Oostenrijk. Na zijn voetballoopbaan als speler schakelde hij over op het trainerschap. In 1966 schreef hij samen met Funyik André een boek: Wereld Voetbal Sterren, waarin hij een aantal beroemde voetbalspelers bespreekt.
|
|
Gáspár Olivér samen met Kocsis Sándor. |
Toen Béres in 1966 door RSC Anderlecht werd aangeworven om de legendarische Pierre Sinibaldi op te volgen, nam hij de Belgische nationaliteit aan (maart 1966). Met paars-wit behaalde de exil-Hongaar de landstitel, de vierde op rij al voor de Brusselaars. Maar toen de zaken in het daaropvolgende seizoen 1967-'68 niet liepen zoals verwacht met Béres, werd in het Astridpark na 14 speeldagen beslist het seizoen met diens assistent Arnold 'Noulle' Deraeymaeker als hoofdtrainer af te maken. Anderlecht zou ondanks de moeizame start een vijfde opeenvolgende landstitel behalen.
|
In 1967 werd RSC Anderlecht kampioen van België onder leiding van trainer Béres András:
Rechtstaand: BÉRES András (Trainer), Jean TRAPPENIERS, Jean PLASKIE, Georges HEYLENS, Jorges CAYUELA PEIRO, Wantuil DA TRINDADE, Julien KIALUNDA, Jean CORNELIS, Gerhard MAIR.
Geknield: Julien ONCLIN, Zacharie KONKWE, Gerardus 'Pummy' BERGHOLTZ, Armand (Jef) JURION, Johan DEVRINDT, Paul VAN HIMST, Pierre 'Poep' HANON, Wilfrid PUIS, en ...Michel VERSCHUEREN
(toen reeds Physical Trainer).
Jan MULDER ontbreekt op de foto wegens legerdienst in Nederland). |
Na zijn wedervaren bij Anderlecht wou Béres een tijdje van het toneel verdwijnen. In juli 1968 opende hij met dat vooruitzicht een Hongaars restaurant in Antwerpen, stad die hij in België boven alle andere verkoos. "Thans alleen nog keuken- en tapproblemen" lachtte hij toen.
Maar de voetbalmicrobe was te sterk. Nadat hij niet minder dan twaalf aanbiedingen om ergens als trainer te fungeren van de hand had gewezen, werd András door Daring Brussel aangezocht om de ex-kampioenenploeg in 1968-69 weer wat dichter bij de top te brengen na een decennium in de middenmoot. Het draaide totaal anders uit. De rood-zwarten gleden meteen naar de kelder van de rangschikking en eindigden, na o.a. een 9-2 kastijding op 'De Klokke', als allerlaatste. Het definitieve einde overigens, want Daring zou nooit meer terugkeren in eerste en uiteindelijk in de fusie met Racing White opgeslokt worden.
Béres, die sinds zijn aankomst in België steeds in Antwerpen was blijven wonen, zakte zelf ook naar tweede klasse af. Hij ging gedurende één seizoen bij Berchem Sport aan de slag. Béres wist de geel-zwarten op de slotdag van de competitie te behoeden voor een degradatie naar derde klasse, en begon dan aan een tweede verblijf bij Beerschot. In 1971 werden de “Mannekens” onder zijn leiding zesde en pakten ze de Belgische beker, door in de finale na verlengingen Sint-Truiden te verslaan (2-1). In het daaropvolgende seizoen kon Beerschot zich echter ternauwernood handhaven in eerste klasse, en moest Béres als trainer de baan ruimen voor ex-speler Cois Geeraerts.
Béres had genoeg van het trainersvak. Hij verkreeg een Uefa-licentie als spelersmakelaar en ging als tussenpersoon optreden bij transfers van Hongaarse voetballers naar België, of legde (vooral) de contacten voor vriendschappelijke wedstrijden met o.a. clubs uit zijn geboorteland.
|
|
Spelersmakelaar Béres werd bij Club Brugge aangesteld tot technisch directeur, vanaf 1 januari 1979. |
In november '78 werd hij tot ieders verbazing, en met de nodige scepsis, weer opgevist door Club Brugge om de ontslagnemende Ernst Happel, met wie blauw-zwart net de succesrijkste jaren uit de clubgeschiedenis had beleefd, op te volgen als technisch directeur, bijgestaan door Mathieu Bollen als veldtrainer.
Een vergissing van beide partijen. Als coach bleek Béres, die een contract voor drie seizoenen kreeg aangeboden, immers totaal achterhaalde ideeën aan te kleven. De Brugse spelersgroep ging zich bepaald vragen stellen bij de geestelijke gezondheid van Béres, toen die het bestond tijdens de gure wintermaanden technische patronen in te oefenen op… een ondergesneeuwd terrein.
Omdat de door Happel in het elftal geslepen automatismen nog een tijdlang functioneerden, waren de resultaten aanvankelijk nochtans behoorlijk. Na een gelijkspel thuis tegen Winterslag en een nederlaag in Charleroi, bleef Club vervolgens zowaar negen wedstrijden op rij ongeslagen (waarbij zes overwinningen) en schakelde in de Beker van België regerend kampioen SK Beveren uit. Het spelpeil zakte echter alarmerend. De tussentijds aangeworven Nederlandse spits Peter Houtman paste zich heel moeizaam aan, en een reeks smadelijke nederlagen (5-2 in Luik, 1-6 thuis tegen Lokeren, 3-0 op Anderlecht, 3-1 in Winterslag, 1-3 thuis tegen RWDM) sloegen blauw-zwart in de eindfase van de competitie totaal uit koers voor een Europees ticket. Club eindigde slechts als zesde. Op dat ogenblik was Béres al aan de kant geschoven, zijn 'depannage'-opdracht werd als een fiasco beschouwd en het contract ontbonden. De korte doortocht van Béres András bij Club Brugge was ook zijn laatste trainersklus.
'Bandi' Béres, een aardige en beleefde man die moeite had met de snel veranderende mentaliteit binnen de voetbalwereld, verdween daarna in de anonimiteit, maar bleef wel in België wonen.
Op zondag 15 april 2007 overleed 'Bandi' in Boom. Hij was 82.
ERELIJST :
Club als trainer :
* Kampioen van Luxemburg met Spora Luxemburg 1961
* Kampioen van België met RSC Anderlecht seizoen 1966-'67
* Beker van België met Beerschot in 1971
Nationaal elftal :
* 12 selecties voor het Hongaars Nationaal B-elftal
|