De   HONGAARSE  TAAL

Uitspraak

Het Hongaars is, zoals het Nederlands, een fonetische taal. Er bestaan geen echte dialecten: Hongaars wordt overal op dezelfde manier uitgesproken. De klemtoon valt steeds op de eerste lettergreep. Het Hongaars heeft echter geen dynamische maar een muzikaal accent, waardoor lettergrepen nooit helemaal toonloos zijn. Dit brengt met zich mee dat er geen doffe klanken bestaan in het Hongaars, maar alle klanken goed gearticuleerd zijn. Het Hongaars heeft geen opeenhoping van medeklinkers en heet welluidend omdat 100 vocalen op 141 consonanten staan (vergelijkbaar met het Frans). Door de regel van de klinkerharmonie wordt de uitspraak van de woorden vergemakkelijkt en krijgt een evenwichtige melodie van klanken ( ház -> házas, él -> éles, kürt -> kürtös).

Woordenschat

Tal van woorden in de talen van de omringende landen zijn aan het Hongaars ontleend. Enkele zijn internationaal geworden, zoals ietsepietsie ( ici-pici ), huzaar ( huszár ), koets ( kocsi ), dolman ( dolmány ), sabel ( szablya ), zigeuner ( cigány ), ook al zijn deze niet allemaal volledig van Finoegrische oorsprong. Met vele Hongaarse voorwerpen zijn iik hun namen overgenomen: paprika ( paprika ), goelasj ( gulyás ). Omgekeerd vindt men ook in het Hongaars een heel aantal leenwoorden uit andere talen, bv. Alma (Turks elma: appel), tánc (Duits Tanz  : dans), piac (markt vanuit het Italiaans piazza : plein), molnár (Nederlands molenaar ), asztal (Slavisch stol : tafel), iskola (Latijn schola : school), fájl (Engels file : computerbestand).

Enkele woorden die men zowat dagelijks tegenkomt in Hongarije en die dus handig zijn om te leren.
Let op:
- De g wordt uitgesproken als de g in het Duitse 'gut' of het Franse 'grand'
- De dubbele punt (in de Nederlandse transliteratie) geeft aan dat de voorgaande klinker lang is
- De à = de korte a, als in af (maar dan met geronde lippen)
- De ò = de korte o, als in pop
- De è = de korte e, als in elf