Az Aranycsapat... | ||||
The Golden Team, The Magical or Magnificent Magyars... | ||||
L'Équipe d'Or... | ||||
Das Wunderteam... | ||||
Kortom: De Wondervoetballers uit de Poesta... |
- pagina 1 - |
... en zoals Puskás Ferenc, de kapitein van het Hongaarse Golden Team, zei: "Wanneer wij aanvielen, viel iedereen aan. In de verdediging gebeurde juist hetzelfde. Wij waren het prototype voor het Totaal Voetbal"... |
Na de nederlaag tegen Tsjecho-Slowakije in Praag op 10 april 1949 (5-2), werd een nieuw tijdperk in de Hongaarse voetbalgeschiedenis ingeluid. Men mocht inderdaad spreken van een Hongaarse wonderploeg, die, nadat ze op 14 mei 1950 te Wenen door Ernst Happel en zijn collega's met 5-3 werden verslagen, aan een indrukwekkende reeks van 32 wedstrijden zonder nederlaag begon. Het zou duren tot de finale van de Wereldbeker in Bern, op 4 juli 1954, eer ze nog eens de vlag zou moeten strijken. En zelfs ook daarna bewezen Puskás en konsoorten dat ze de beste voetballers van de wereld bleven. Want ook na die bewuste dag in juli zouden ze opnieuw een reeks van 18 ongeslagen wedstrijden neerzetten, tot het rampjaar 1956 aanbrak. Eerst waren er de sportieve nederlagen tegen Turkije, Tsjecho-Slowakije en België, maar dan volgde de revolutie van oktober/november die het prestigieuze elftal uiteen sloeg... |
Het Gouden Team in wat Cijfertaal : |
1. Eerste team dat het Schotse record van 1888 brak van 22 opeenvolgende ongeslagen wedstrijden. Hongarije voegde aan het oude record nog 9 wedstrijden toe. Hongarije's reeks van 31 ongeslagen wedstrijden is een wereldwijd record dat zij delen met Argentinië; een mijlpaal die er staat sinds 4 juli 1954. |
2. Langste ongeslagen reeks in 's werelds voetbalgeschiedenis, van 4 juni 1950 tot 4 juli 1954 (4 jaar, 1 maand) |
3. Eerste team in de 20ste eeuw dat de drempel van tien opeenvolgende overwinningen overschreed (12 wedstrijden achter elkaar). |
4. Hongarije bezat het grootste partnership aller tijden met zijn twee geduchte binnenspelers, Puskás Ferenc en Kocsis Sándor. Met het enthousiasme en de snelheid van hun gecombineerd scoringsvermogen (159 doelpunten, of 2,1 goal per wedstrijd), wisten zij alle gekende records uit en zetten zij een standaard neer die nooit verbeterd werd op internationaal niveau. |
5. Kocsis Sándor brak op 11 mei 1955 het wereldrecord van Schlosser Imre uit 1921 van 59 internationale doelpunten. Puskás Ferenc brak Schlosser's record van grootste internationale scorer op 11 november 1953 (Wembley, London). Resultaat: Hongarije kon trots zijn op het gelijktijdig bezit van de wereldrecordhouders nummer 1 en nummer 2 van 11 mei 1955 tot 14 oktober 1956. |
6. Puskás Ferenc: Het werd uitgerekend dat deze grote speler, die zich altijd schijnbaar zeer economisch en zonder veel illusies naar het doel van de tegenstrever voortbewoog, en vanuit alle mogelijke en onmogelijke hoeken en afstanden voorzetten afleverde, 512 doelpunten aantekende in het 1ste klassevoetbal en een totaal van 1176 goals scoorde in zijn 24-jarige carrière. |
7. Wereldbeker Records: De deelname van het beroemd Hongaars elftal aan de Wereldbeker van 1954, vertoonde een nooit geziene offensieve kwaliteit in de Wereldbekercompetities. Voetbalhistorici beschouwen de 27 toen gemaakte doelpunten (5,4 per wedstrijd) en een doelpuntensaldo van +17 als een onverbeterbaar record in de huidige meer defensieve moderne spelsystemen. |
8. Kocsis Sandor: Kocsis' 11 goals in 5 wedstrijden, en 2,2 goals per wedstrijd, is een record in de Wereldbekerfinales. Frankrijk's Just Fontaine neemt de 2de plaats in met 2,17 goals per wedstrijd in de Wereldbekercompetitie van 1958. |
9. Op wereldvlak is trainer Sebes Gusztáv houder van de hoogste ratio aller tijden van overwinningen per wedstrijd met 72.06% (49 overwinningen, 12 draws, 7 nederlagen). Brazilië's Vicente Feola (1955-1966) bezit de tweede hoogste ratio met 71.88% (46 overwinningen, 12 draws, 6 nederlagen). |
Lijst van alle Hongaarse internationals van de periode 8/5/1949-14/10/1956 (tussen haakjes: aantal gespeelde wedstrijden/gemaakte doelpunten tijdens die periode) - |
|||||
Aspirány (Almasi) Gusztáv (1/0) |
Babolcsay György (4/0) |
Balogh II Sándor (9/0) |
Bányai (Breier) Nándor (2/0) |
Berendi II Pál (7/0) |
Börzsei János 17/0) |
Bozsik II József (66/7) |
Budai II László (30/9) |
Bundzsák Dezsõ (1/0) |
Buzánszky Jenõ (46/0) |
Csernai Pál (2/0) |
Csordás Lajos (10/5) |
Czibor Zoltán (42/17) |
Dalnoki Jenõ (3/0) |
Danka Imre (4/0) |
Deák I Ferenc (7/11) |
Dudás Zoltán (1/0) |
Egresi (Englert) Béla (3/2) |
Faragó Lajos (4/0) |
Fazekas Árpád (5/0) |
Fenyvesi I Máté dr. (13/3) |
Gellér II Sándor (8/0) |
Grosics Gyula (38/0) |
Gyurik László (1/0) |
Hegyi Sándor (2/0) |
Henni I Géza (12/0) |
Hidegkuti Nándor (50/29) |
Horváth György (1/0) |
Ilku I István (3/0) |
Józsa Zoltán (2/0) |
Kárpáti Béla (13/0) |
Kertész Tamás (2/0) |
Keszthelyi II Mihály (3/1) |
Kispéter Mihály (2/0) |
Kocsis Sándor (65/73) |
Komáromi Tibor (1/0) |
Kotász (Gottlieb) Antal (11/0) |
Kovács I Imre (6/0) |
Kovács II József (4/0) |
Kovács III Ferenc (1/0) |
Lakat Károly dr. 6/0) |
Lantos (Lendenmayer) Mihály (51/5) |
Lóránt (Lipovics) Gyula (34/0) |
Machos Ferenc (10/5) |
Mátrai (Magna) Sándor (2/0) |
Nagymarosi (Cziszler) Mihály (1/0) |
Oláh I Géza (3/0) |
Palotai János (1/0) |
Palotás (Poteleczky) Péter (22/17) |
Puskás (Purczeld) Ferenc (65/63) |
Raduly József (2/0) |
Rákóczi László (1/0) |
Rudas (Ruck) Ferenc (6/1) |
Ruzsa Sándor (2/0) |
Samus Lajos (1/0) |
Sándor Károly (21/9) |
Sipos (Sipszky) István (1/0) |
Szabó László (1/0) |
Szilági I Gyula (6/8) |
Szimcsák I (Szirmai) István (2/0) |
Szojka Ferenc (21/1) |
Szusza Ferenc (5/2) |
Tákács György (3/0) |
Teleki (Tiegelman) Gyula (3/0) |
Tichy Lajos (12/6) |
Tóth Mihály (5/1) |
Tóth II József (10/5) |
Tóth III Ferenc (1/0) |
Várhidi (Vinkovics) Pál (8/0) |
Virág István (1/0) |
Zakariás József (26/0) |
Zsédely Sándor (1/0) |
(alle foto's met toelating van het Hongaars Sportmuseum in Boedapest) |
Terug naar Openingspagina |